Een barmhartig man is goed voor zichzelf, maar een meedogenloos iemand bezorgt zichzelf verdriet (Spreuken 11: 17, Willibrord vertaling)

 In dit vers worden twee soorten mensen en de consequenties van hun levensinstelling met elkaar vergeleken. Het gaat om een goed en barmhartig persoon tegenover een onbarmhartig, meedogenloos, hartvochtig en wreed persoon.

Er wordt niet gezegd hoe iemand een barmhartig, dan wel een onbarmhartig mens kan worden. Is het aangeboren of aangeleerd? Is de persoon in kwestie in de loop van zijn of haar leven hardvochtig geworden. Wellicht door onrecht dat hem is overkomen. Er zijn kinderen die al op jonge leeftijd wreed en meedogenloos zijn, hoewel dat gelukkig uitzonderingen zijn.  Dit vers legt niet uit  hoe iemand een hardvochtige of een barmhartige kan worden.

Er wordt wel gesproken over de consequenties van iemands levensinstelling en daarmee worden de toehoorders impliciet aangespoord om toch vooral barmhartig en liefdevol te zijn.

Je zou denken dat je met je hardvochtig, wreed en onbarmhartig gedrag andere mensen kwetst en pijn doet. Dat zal ongetwijfeld gebeuren en is waarschijnlijk ook de bedoeling van betreffende persoon. Wat hier echter wordt benadrukt is dat je met dergelijk gedrag niet alleen anderen pijn doet, maar ook jezelf schade berokkent.  Je stort jezelf in het ongeluk. Het woord dat met ‘zichzelf’ vertaald is, wordt somt met ‘eigen vlees’ vertaalt. In dat geval kan het niet alleen betrekking hebben op iemands eigen lichaam, of eigen leven zijn, maar ook eigen familie. Ook dat is niet ondenkbaar. Ik denk dat een hardvochtige man ook een moeilijke vader voor zijn kinderen is.

Hoe iemand zichzelf schade kan berokkenen met onbarmhartig gedrag wordt niet uitgelegd. Het kan verwijzen naar hoe iemands onbarmhartig gedrag hem of haar vanbinnen opvreet en onrustig maakt, met slapeloosheid, en andere lichamelijke kwalen tot gevolg.  Het kan betekenen dat een onbarmhartig iemand weinig vrienden hebt, want zijn of haar gedrag stoot mensen af. Er wordt in dit vers niet van uit gegaan dat iemand de ene keer barmhartig en dan weer meedogenloos is. Het lijkt erop dat betreffend gedrag standaard, de norm, normaal is geworden voor betreffende persoon. 

Je zou denken dat naar aanleiding van dit vers iedereen liever een liefdevol en barmhartig persoon wil zijn. Het is niet alleen goed voor je medemens maar ook voor jezelf. Wat wil je nog meer?  Waarom is de wereld dan toch nog vol met wrede, onbarmhartige mensen? Is dat omdat ze denken dat dit de enige manier is om hun gelijk te halen, om hun recht te laten gelden, om het onrecht te bestrijden, om de ander betaald te zetten. Hoe kortzichtig kun je zijn!

Barmhartigheid is een prachtige eigenschap die hoort bij kinderen van God.  Barmhartigheid is een van de belangrijke eigenschappen van God. Jezus spoort Zijn volgelingen aan: “Weest barmhartig, gelijk Uw Vader barmhartig is.” (Lukas 6:36) God is barmhartig en dat uit zich in Zijn geduld, verdraagzaamheid, genade, vergevingsgezindheid. We kunnen van Hem leren om barmhartig te worden.

Je zou uit het vers kunnen concluderen dat mensen barmhartig zijn omdat ze willen dat het goed met hen gaat. Dan zou je om zelfzuchtige redenen barmhartig en liefdevol zijn. Maar dat past niet bij iemand die leeft in ontzag voor God, waar het boek Spreuken ons toe aanspoort.

Dat je goede gedrag ook jezelf goed doet is een mooie bijkomstigheid, niet onbelangrijk weliswaar, maar zeker niet de ultieme drijfveer om barmhartig te zijn. Deze drijfveer is vooral dat je je als een kind van de Barmhartige Vader wilt gedragen. God wordt in de Bijbel ‘de Vader van de barmhartigheden’ genoemd. (2 Cor. 3:1) Door je gehoorzaamheid aan God eer je niet alleen je Schepper, Verlosser en Vader, maar zorg je ook goed voor je eigen emotionele, geestelijk en lichamelijke gezondheid. Kortom: goed doen werkt genezend zowel voor de ander als voor jezelf.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

nl_NLNederlands